next up previous
Next: LES 04 Up: LES 03 Previous: Connectie met de Quantummechanica

Plausibiliteitsargumenten en Schrödingervergelijking

Analoog aan de tweede wet van Newton, $F=ma=m{d^2x \over dt^2}$, proberen we nu een differentiaalvergelijking op te stellen waaruit we de toestandsfunctie kunnen afleiden. We zullen deze vergelijking, de Schrödingervergelijking, `afleiden' uit plausibiliteitsargumenten. We stellen dat de Schrödingervergelijking dient te voldoen aan:

We weten dat elke partiële afgeleide naar $x$ een factor $k$ oplevert en verwachten dan ook dat de gezochte differentiaalvergelijking een tweede-orde partiële afgeleide naar de plaats bevat. Verder verwachten we een eerste-orde partiële afgeleide naar de tijd (vanwege de factor $\omega$) en schrijven de differentiaalvergelijking dan ook als
\begin{displaymath}
\alpha {\partial^2 \psi \over \partial x^2} + V\psi = \beta
{\partial \psi \over \partial t}.
\end{displaymath} (99)

Machten van $\psi$ kunnen niet voorkomen in de gezochte vergelijking vanwege de eis dat de Schrödingervergelijking lineair in $\psi (x,t)$ dient te zijn.


We leiden de vergelijking nu af; dat betekent dat we de constanten $\alpha$, $\beta$ en $\gamma$ gaan bepalen, voor het geval dat de potentiële energie constant is, $V(x,t) = V_0$. We proberen dan ook de oplossing

\begin{displaymath}
\psi (x,t) = \cos{(kx-\omega t)} + \gamma \sin{(kx -\omega t)}.
\end{displaymath} (100)

We berekenen de benodigde partiële afgeleiden,
\begin{displaymath}
\begin{array}{ll}
{\partial \psi \over \partial x} & = -k \s...
...\omega t)}
- \omega\gamma \cos{(kx -\omega t)}. \\
\end{array}\end{displaymath} (101)

Invullen van de tweede-orde afgeleide in vergelijking (99) levert
\begin{displaymath}
\begin{array}{ll}
-\alpha k^2 \cos{(kx-\omega t)} & - \alpha...
... t)} - \beta \omega\gamma \cos{(kx -\omega t)}, \\
\end{array}\end{displaymath} (102)

ofwel
\begin{displaymath}[ -\alpha k^2 +V_0+\beta \omega \gamma ]\cos{(kx-\omega t)}
+...
... k^2\gamma +V_0\gamma -\beta \omega ] \sin{(kx -\omega t)} =0.
\end{displaymath} (103)

Bovenstaande gelijkheid kan enkel gelden indien
\begin{displaymath}
-\alpha k^2 +V_0 = -\beta \omega \gamma~~~~{\rm en}~~~~
-\alpha k^2 +V_0 = {\beta \omega \over \gamma} .
\end{displaymath} (104)

Aftrekken van beide vergelijkingen levert
\begin{displaymath}
0 = -\beta \omega \gamma -{\beta \omega \over \gamma} ~~~\ri...
...1 \over \gamma},~~~\gamma^2 =-1,~~~\gamma=\pm\sqrt{-1}=\pm i .
\end{displaymath} (105)

Invullen van dit resultaat in vergelijking (104) resulteert in
\begin{displaymath}
-\alpha k^2 +V_0 = \mp i\beta \omega .
\end{displaymath} (106)

We vergelijken dit met het reeds gevonden resultaat
\begin{displaymath}
{\hbar^2k^2 \over 2m} +V_0 = \hbar \omega
\end{displaymath} (107)

en vinden voor de constanten
\begin{displaymath}
\alpha = {\hbar^2k^2 \over 2m}~~~~{\rm en}~~~~\mp i\beta = \hbar ,
~~~~{\rm of}~~~~\beta = \pm i\hbar .
\end{displaymath} (108)

We zien dat we twee keuzen hebben voor $\beta$. Vanaf nu kiezen we $\underline{\beta = +i\hbar}$ en vinden


$-{\hbar^2 \over 2m}{\partial^2 \psi (x,t) \over \partial x^2} + V(x,t)
\psi (x,t) = i\hbar {\partial \psi (x,t) \over \partial t}.$
 

Deze vergelijking is weer de tijdsafhankelijke Schrödingervergelijking. Merk op dat we aannemen dat het gevonden resultaat ook geldig is indien $V(x,t) \neq V_0$.


We kunnen demonstreren dat de gevonden vergelijking lineair is in $\psi (x,t)$. We nemen aan dat $\psi_1$ en $\psi_2$ voldoen aan de Schrödingervergelijkingen

\begin{displaymath}
\begin{array}{rl}
-{\hbar^2 \over 2m}{\partial^2 \psi_1 (x,t...
...\hbar {\partial \psi_2 (x,t) \over \partial t}. \\
\end{array}\end{displaymath} (109)

We construeren nu volgens het superpositieprincipe de golffunctie $\psi = c_1\psi_1 +c_2\psi_2$ en verkrijgen
\begin{displaymath}
\begin{array}{rl}
-{\hbar^2 \over 2m}\left( c_1 {\partial^2 ...
...artial \psi_2 (x,t) \over \partial t} \right) = 0 .
\end{array}\end{displaymath} (110)

Dit kan herschreven worden tot
\begin{displaymath}
c_1 \left[ -{\hbar^2 \over 2m}{\partial^2 \psi_1 \over \part...
...\psi_2 - i\hbar {\partial \psi_2 \over \partial t} \right] =0
\end{displaymath} (111)

en we zien dat inderdaad aan lineariteit is voldaan.
next up previous
Next: LES 04 Up: LES 03 Previous: Connectie met de Quantummechanica
Jo van den Brand
2000-10-21